Edelsteenslijper Bert Verrips

Edelsteenslijper Bert Verrips

“Mij vragen ze altijd voor de gekke vormen”

Edelsteenslijper Bert Verrips is een van de weinige Nederlanders die het ambacht van het slijpen op professionele wijze beheerst. 54 jaar geleden raakte hij ‘besmet’ met zijn liefde voor edelstenen en daarom nodigt hij maandelijks bezoekers uit om naar zijn verhaal te luisteren in zijn piepkleine atelier in Renkum.

“Ik heb het wiel zelf uitgevonden. Toen ik zestien was, werkte ik als monteur bij een radio en televisiestation. Mijn baas had een kwartskristal nodig om de zender te verbeteren. Van kwartskristal is bekend dat deze steen een trilling heeft die ervoor zorgt dat je er bijvoorbeeld de tijd mee kunt instellen. Bij een stenenwinkel in Kampen kocht ik een kristal en raakte in de ban van de stenen. Ik heb toen ook een slijpmachine gekocht,

die ik nog steeds gebruik.”

Door de jaren heen heeft Verrips zo’n 30 juweliers alls klant gekregen: “De meeste vragen mij om gekke of afwijkende vormen voor ze te slijpen.” Maar de meeste juweliers kopen stenen, die vaak al machinaal zijn voorgeslepen. Het slijpen van stenen is voor Verrips daarom echter nooit de belangrijkste bron van inkomsten geweest, omdat het financieel dus te weinig opleverde. Hij werkte vroeger daarnaast steeds in loondienst en ontvangt momenteel zijn maandelijkse pensioen en AOW.

Cabuchon

Het slijpen van stenen is makkelijker dan de meeste mensen denken. Toch is het een priegelwerkje waarbij je veel geduld moet hebben. “Daarom zijn er veel vrouwen die fijne vingers hebben en het leuk vinden om edelstenen te slijpen als hobby. Mannen met kolenschoppen zul je dit niet veel zien doen.” verklaart Verrips. Voor een cabuchon kun je de eenvoudig een steen nemen en er een stukje van afzagen totdat hij een

basisvorm heeft. Heb je een specifiekere vorm nodig, bijvoorbeeld een hartje of een ovaal, dan gebruik je een sjabloon waar je met potlood een tekening op maakt. Deze fixeer je met nagellak en die slijp je er dan vervolgens uit. Hieronder zie je hoe Verrips een stuk ruw sodaliet slijpt en polijst:

[Het polijsten van een steen kan op verschillende manieren: op de polijstschijf met de hand of stenen een week laten trommelen met polijstpoeder. De tweede methode kan voor sommige soorten steen problemen opleveren, bijvoorbeeld voor malachiet, lapis lazuli en jade. Deze stenen bestaan uit verschillende harde en zachtere componenten. De zachtere componenten zullen sneller gaan glimmen, maar als je deze te lang in de trommel laat om de hardere delen te laten glimmen, dan zullen de zachtere weggesleten en opgelost zijn.

Facetstenen

Hoewel er veel mensen zijn die cabuchons mooier vinden, zijn de facetstenen ook erg populair. Maar het slijpen van een facetkost wel veel meer tijd: zo’n 3 a 4 uur. Voor het slijpen van facetten heb je speciale gereedschappen nodig en met behulp van een computerprogramma kun je zelf je eigen handleiding samenstellen om een bepaalde vorm te slijpen.

Stenen hoef je niet allemaal uit verre exotische streken te halen, vertelt edelsteenslijper Bert Verrips. Je kunt ook al mooie exemplaren in Nederland en Duitsland vinden, zoals de rolstenen langs de rivieren, zoals kristalkwarts, calsiet, agaat, citrien, amethist, vuursteen en jaspis. Deze worden door het water meegesleept uit de Duitse bergen in de buurt van Koblenz. Het is de kunst om de steen uit het ruwe materiaal te herkennen, zoals deze kristalkwarts:

Ruwe kristalkwarts
Ruwe kristalkwarts
Nepstenen maken

Soms wordt er geadverteerd met ringen met echte robijnen of saffieren voor slechts 29,99 euro per stuk. Dat kan niet, denk je, maar het kan echt. Het zijn namelijk echte saffieren en robijnen, alleen zijn deze niet puur uit een rots gehouwen. “Het zijn stenen die uit een zoiziet gewonnen zijn. De rode pukkels zijn stukjes ruwe robijn en de groene of blauwe zijn saffier. Robijn bevat chroom en saffier ijzer.” legt Verrips uit. Wanneer de rode en groene stukjes eruit zijn gehaald, kun je ze trommelen, maar echt spectaculair zien ze er niet uit, ze zijn dan namelijk ondoorzichtig en lijken dan meer op half edelstenen.

In de negentiende eeuw vond de Franse professor A.V.L. Verneuil een trucje uit. Hij smolt de stenen om, maalde dit tot gruis en maakte er smeltperen van, waaruit je dan weer heldere stukjes kunt snijden en slijpen. Dit kun je niet met alle edelstenen doen. Zo is er een andere methode om kristalkwarts helder te krijgen, het wordt opgelost in water, waardoor zand ontstaat, wat daarna weer wordt omgesmolten tot grote stukken, die onder andere door Philips gebruikt worden in electrochips.

Meer weten over Morion en edelsteenslijper Bert Verrips? Kijk dan op de website: http://www.edelsteenslijperij.nl